Artikel 97

Uitleg bij artikel 97 AVG



Dit artikel bepaalt dat de EU moet evalueren hoe de verschillende regels uit de Verordening worden uitelegd en welke invloed zij hebben op de praktijk. Artikel 33 van de Richtlijn bescherming persoonsgegevens bevatte eenzelfde bepaling en ook in artikel 62 en 63  van de Politierichtlijn staan gelijksoortige bepalingen. Daarnaast zijn ook van de Wet bescherming persoonsgegevens evaluaties verricht.


Lid 1 geeft aan dat er elke vier jaar, vanaf het moment dat de Verordening in werking is getreden, een evaluatie moet worden verricht. Interessant is dat hierbij als startmoment is gekozen het moment dat de AVG van kracht werd en niet het moment dat die van toepassing was (artikel 99).


Lid 2 geeft aan dat er in de algemene evaluatie bijzondere aandacht zal zijn voor met name het grensoverschrijdende karakter van de gegevensstromen. Enerzijds gaat dat om de regels over de legitieme doorvoer van gegevens naar landen buiten de EU, zoals geregeld in hoofdstuk 5. Het gaat dan meer in het bijzonder om de adequaatheidsbesluiten, waarbij de Commissie kan bepalen dat een derde land een adequaat beschermingsniveau heeft. Het gaat dan om adequaatheidsbesluiten die op basis van de AVG zelf zijn gebaseerd (artikel 45) en de besluiten die al voor de AVG waren genomen op basis van de Richtlijn bescherming persoonsgegevens (artikel 25), die volgens de AVG ook in stand blijven nadat de AVG in werking is getreden (artikel 45 lid 9 AVG). Ten tweede gaat het om de nieuwe regels aangaande de samenwerking tussen handhavende organisaties en de mogelijkheid om een leidende toezichthouder aan te wijzen (hoofdstuk VII).


Lid 3 geeft aan de nationale toezichthouders informatie dienen te verstrekken aan de Commissie, om zodoende de evaluatie uit te kunnen voeren.


Lid 4 stelt dat de Commissie (die zelf geen wetgevende macht heeft) rekening moet houden met de twee instantie binnen de EU met wetgevende macht (de Raad en het Parlement) en ook andere relevante bronnen en de visie van andere instanties in ogenschouw dient te nemen. Het kan hier bijvoorbeeld gaan om de visie van het Comité of van de European Data Protection Supervisor en om wetenschappelijke bronnen.


Lid 5 geeft aan dat de Europese Commissie (die ook het voorstel heeft gedaan voor de AVG zelf) voorstellen kan doen om de AVG aan te passen. Het gaat dan met name om nieuwe ontwikkelingen en technische mogelijkheden, die maken dat de AVG dient te worden aangepast om voor een goed beschermingsniveau te zorgen.

Artikel 97 Commissieverslagen


1.Uiterlijk op 25 mei 2020 en om de vier jaar daarna, dient de Commissie een verslag in bij het Europees Parlement en de Raad over de evaluatie en de toetsing van deze verordening. De verslagen worden openbaar gemaakt.


2.In het kader van de in lid 1 bedoelde evaluaties en toetsingen beoordeelt de Commissie met name de toepassing en de werking van:


a) hoofdstuk V betreffende de doorgifte van persoonsgegevens aan derde landen of internationale organisaties, in het bijzonder met betrekking tot krachtens artikel 45, lid 3, van deze verordening vastgestelde besluiten en op grond van artikel 25, lid 6, van Richtlijn 95/46/EG vastgestelde besluiten;


b) hoofdstuk VII betreffende samenwerking en coherentie.


3.Voor het in lid 1 vermelde doel kan de Commissie zowel de lidstaten als toezichthoudende autoriteiten om informatie verzoeken.


4.Bij de uitvoering van de in de leden 1 en 2 vermelde evaluaties en toetsingen neemt de Commissie de standpunten en bevindingen van het Europees Parlement, van de Raad, en van andere relevante instanties of bronnen in aanmerking.


5.Indien nodig dient de Commissie passende voorstellen in teneinde deze verordening te wijzigen, met name in het licht van de ontwikkelingen in de informatietechnologie en de stand van zaken in de informatiemaatschappij.

Overwegingen